Leilinde constructie maken

Hoe plaats je een Leilinde?

Een leilinde is een prachtige toevoeging aan je tuin of erf. De boom kan als natuurlijke afscheiding dienen en voor privacy zorgen, maar geeft in de zomer ook een heerlijke schaduw. Het is heel eenvoudig om een leilinde te planten en het frame te plaatsen. Wij leggen het je graag uit. 

Wat is een Leilinde?

Een Leilinde is een linde boom (Tilia) waarvan de gesteltakken langs horizontale draden wordt geleidt, waardoor de boom een smalle, schermachtige vorm krijgt. Dit zorgt voor een formele, elegante uitstraling en kan worden gebruikt als groene afscheiding, zonnescherm of puur als decoratie in de tuin.

Benodigdheden leiline

• Lindeboompjes: Kies jonge bomen, bij voorkeur met een rechte stam en sterke zijtakken. Er zijn verschilende soorten lindes die geschikt zijn als leiboom, informeer bij een kweker voor de soort die het beste bij uw bodem en doeleinden past.
• Stevige palen: Om de draden of latten te ondersteunen. Voor een stevige constructie worden palen van ⌀10-12cm geadviseerd.
  
  De hoogte van de leilinde is gemiddeld 300-400cm. Hou in dat geval rekening met palen van 400-500cm i.v.m. het plaatsen in de grond.
• Hoekstukken voor de palen: Om de palen stevig met elkaar te verbinden.
• Spandraad: Om de takken langs te geleiden.

Gereedschap

• Grondboor of schop
• Waterpas
• Meetlint
• Hamer
• Boor en schroevendraaier
• Zaag
• Ladder
• Betonmix

Stap 1: Voorbereiding 

Kies een zonnige plek in je tuin, waar de leilinde voldoende ruimte heeft om te groeien. De grond moet goed doorlatend zijn, en het is raadzaam om de grond vooraf te verrijken met compost of andere bodemverbeteraars om een gezonde groei te bevorderen. Meet de locatie uit en zorg voor ongeveer 250cm ruimte tussen de palen van de Leilinde.

Stap 2: Plaatsen van de Palen

Plaats stevige palen met een tussenruimte van ongeveer 250cm. Zorg dat de palen allemaal dezelfde hoogte hebben. Deze palen dienen als ondersteuning voor de horizontale draden en regels. Zorg ervoor dat de palen keurig horizontaal staan en stevig in de grond verankert zijn om de belasting van de groeiende gesteltakken te kunnen dragen. Het is aan te raden deze palen minimaal 80cm of 1/3e van de totale lengte diep in de grond te plaatsen en deze vast te zetten. Om de gaten goed te maken raden wij aan gebruik te maken van een grondboor.

Stap 3: Bevestigen van de Draden en regels

Bevestig de regel en span de draden tussen de palen. Bepaal de hoogte van de draden op basis van de hoogte van de wortelaanzet van de boom die je gaat planten. De planthoogte van de kwekerij (die kun je onderaan de stam bij de overgang naar de wortels zien) is de juiste planthoogte. Om de palen stevig en haaks te plaatsen raden wij aan gebruik de maken van verbindingsstukken tussen de platen.

Voor het spannen van de draden kan je gebruik maken van spandraad met draadspanners om ze strak tussen de palen te spannen. Hou gemiddeld 30cm ruimte tussen de draden.

Stap 4: Planten van de Lindebomen

Zorg voor een ruim plantgat (1,5 maar de kluit) en plant de lindebomen in het midden tussen de palen, waarbij de gesteltakken zoveel mogelijk ter hoogte van de draden komen.  Zorg ervoor dat de aarde goed tussen de wortels komt (door zachtjes met de boom te schudden) en stamp de grond voorzichtig aan en beschadig de wortels daarbij niet. Zorg dat de wortels goed bedekt zijn met aarde en geef de bomen meteen voldoende water na het planten. 

Stap 5: Begeleiding van de takken

Zodra de bomen beginnen te groeien, leid je de jonge gesteltakken langs de draden. Bevestig de takken voorzichtig met bindmateriaal, maar zorg ervoor dat je het bindmateriaal niet te strak aantrekt om de takken niet te beschadigen en om te voorkomen dat het bindmateriaal door de takken ingegroeid raakt. Controleer dit zonodig 1 of 2 keer per jaar. Het doel is om de takken horizontaal te leiden en te snoeien om een gelijkmatige spreiding te bevorderen.